Dag 1 en 2: op avontuur
Na een lange maar gezellige en voorspoedige reisdag zetten we rond 6.30 uur voet op Zuid-Koreaanse bodem. De één heeft best lekker wat kunnen slapen, de ander heeft vooral veel films gekeken. We zitten gelukkig in hetzelfde schuitje en hebben elkaar vandaag wakker moeten houden. We zijn met 33 deelnemers en 8 crewleden, man/vrouw, alle leeftijden gemixt. Er worden veel gesprekken gevoerd en de sfeer zit er al goed in.
Na een busrit van een uur werden we afgezet bij ons hotel in Seoul. We plaatsten de koffers in de lobby en hadden een uurtje de tijd om onszelf te vermaken in de nabijgelegen winkelstraat voor we heerlijk met elkaar gingen lunchen. Er stond een heuse Koreaans gedekte tafel klaar met in het midden een pan bouillon op een brandend gasstel. Een kom met groenten en vlees ernaast die we er zelf in konden koken. De rijstpapiertjes om er een loempia van te maken zorgden voor de eerste heerlijke culinaire ervaring.
Na het eten liepen we naar de kerk die om de hoek zat. Hier hadden we een dienst met elkaar, samen met Koreaanse broeders en zusters die verbonden zijn aan Open Doors. Zij openden de dienst met een prachtig lied waarin zij ons de zegen van de Heilige Geest toezongen. Hierna luisterden we naar de eerste devotion (overdenking) van de week. Piet nam ons mee naar Psalm 42, een tekst die zo goed beschrijft hoe we te midden van de noden in deze wereld zo verlangen naar de vrede van de Here God. We gaan deze week veel zien en horen van christenen die vervolgd zijn. Psalm 42 sluit het mooi af: ‘Vestig je hoop op God, eens zal ik Hem weer loven, mijn God die mij ziet en redt.’
We vieren hierna het Heilig Avondmaal. Dit doe je “normaal” gesproken met wijn en brood. Onze broeders en zusters uit Noord-Korea hebben vaak geen wijn en brood en vieren het avondmaal anders, bijvoorbeeld met druiven. En wij vandaag dus ook. Een witte druif die centraal staat voor het lichaam van Christus en een rode druif voor het bloed dat hij vergoot. Indrukwekkend om dit samen te doen met onze Koreaanse broers en zussen die tussen ons in zitten.
We dineerden in dezelfde kerk. Daar hebben uit Noord-Korea gevluchte broeders en zusters de hele middag voor ons gekookt. Typische gerechten uit hun vaderland. Denk hierbij aan een soort maïscake, gekruide groentemix en “nepvlees” (rijst in tofu). We lieten de smaken tot ons komen en genoten van de liefde die in het gerecht zat.
We sloten de dag op het dakterras van ons hotel waar we een geweldig uitzicht hadden over de stad.
We luisterden naar het getuigenis van Hae-Woo, een vrouw die in de jaren ‘90 gevlucht is uit Noord-Korea (zij was vorig jaar op de Open Doors Dag, dus misschien heeft u wel eens van haar gehoord; u kunt haar verhaal via Youtube ook nog terugkijken!).
Ze deelde met ons hoe onmogelijk het is om in Jezus Christus te geloven wanneer je in Noord-Korea woont. Ze deelde een aantal verschrikkelijke details over het leven in een van de 17 gevangenissen waar ze heeft gezeten. Ze deelde over het verlies van haar dochter en later ook haar man. Maar door dit alles heen bleef ze geloof houden en zag ze continu hoe God haar zegende. Zo heeft ze samen met medegevangenen momenten van aanbidding gehad in de kleinste ruimte van de gevangenis: het toilet. Juist omdat deze plek zo smerig was, was het er veilig omdat bewakers er niet kwamen.
We hebben voor haar mogen bidden en haar een lied toe mogen zegenen.
Het is een bijzondere start van deze week waarbij we worden stilgezet bij christenvervolging. We beseffen dan hoe bijzonder het is dat wij “gewoon” vrij mogen geloven en niet bang hoeven te zijn om in een strafkamp te belanden. Dit geeft stof tot nadenken. Maar nu eerst lekker slapen.